KOFFIE

WAAR KOFFIE GROEIT
De koffieplant is een tropische, groenblijvende struik (van het geslacht Coffea) die vooral groeit tussen de twee keerkringen: de kreeftskeerkring en de steenbokskeerkring. De twee commercieel meest belangrijke soorten zijn variëteiten van Coffea arabica (Arabica-koffie) en Coffea canephora (Robusta-koffie).

KOFFIEBONEN
De gemiddelde Arabica-planten zijn grote struiken met donkergroene ovale bladeren. Het fruit of de bessen hebben een ovale vorm en rijpen in zeven tot negen maanden. Iedere koffiebes bevat meestal twee zaden: de koffiebonen. Soms ontwikkelt zich slechts één boon in de vrucht. Dit wordt een “peaberry” genoemd.

Robusta-planten zijn robuuste struiken of kleine bomen die tot tien meter hoog kunnen worden. Het rijpen van de ovale bessen duurt maximaal elf maanden. De koffiebonen zijn ovaal van vorm en kleiner dan de Arabica-bonen.